We startten de dag op met een energizer, namelijk ‘1,2,3, klap!’. Door deze energizer probeerden we onze hersenen te activeren voor het werken aan het praktijkonderzoek. Het zorgde ook voor wat vermaak en gelach! Na de energizer begonnen we met een korte terugblik op fase 5 (prototype) waar we de vorige keer mee begonnen waren. Het is belangrijk dat het prototype aansluit bij het vraagstuk, de onderliggende literatuur én de ontwerpcriteria. Vervolgens gingen we aan de slag met het uitwerken van het prototype van het product.

Na de lunchpauze vertelde Nanke over het product dat in Den Bosch door de projectgroep HB ontwikkeld is. Het betreft een monitoringstool om te monitoren waar je als school staat t.a.v. het onderwijs aan (hoog)begaafde kinderen (voorkant van de tool). Daarnaast biedt de tool gelegenheid om op een onderzoeksmatige manier aan de slag te gaan met het verbeteren van het onderwijs voor deze leerlingen. Het mooie is dat de verbetercyclus (achterkant van de tool) niet alleen geschikt is voor het onderwijs voor (hoog)begaafde kinderen, maar ook voor andere thema’s die op school spelen en verbetering behoeven. De verbetercyclus is namelijk afkomstig uit de ‘Leidraad werken aan onderwijsverbetering’. De tool heet ‘begaafdheid in beeld’. De good practice was niet alleen bedoeld om de tool te laten zien, maar ook om feedback op te halen. De huidige vorm is namelijk nog een pilot variant. Op dit moment wordt de tool getest op een aantal scholen in Den Bosch.

We sloten de dag af met een lezing van Rob van de Ven over Felix, een “happybot” die helpt om gevoelens van leerlingen in kaart te brengen. Felix fungeert als assistent voor de leerkracht en maatje voor de leerling. Felix is een mooi voorbeeld van hoe technologie kan bijdragen aan welzijn en pedagogisch sensitiviteit in de klas.

We kijken terug op een waardevolle dag!